19 jul Voorzieningenrechter Oost-Brabant legt deelverbod op voor pesticidegebruik in de lelieteelt
Geplaatst op 13:28h
in
Nieuws
door Martijn Scheutjens
47 Bewoners in het Noord-Brabantse Sint-Michielsgestel zijn deels in het gelijk gesteld door de rechtbank in Den Bosch. Een lelieteler mag de komende maanden in het perceel in hun wijk nog 6 verschillende pesticiden gebruiken in kleine hoeveelheden (nog maximaal 1,8 kg per hectare). Landelijk gebruikt de lelieteelt gemiddeld 114 kg per hectare aan 35 verschillende middelen en is daarbij de teelt met veruit het hoogste gifgebruik. Bestrijdingsmiddelen worden door de Gezondheidsraad en het RIVM in verband gebracht met ziektes als Parkinson en ontwikkelingsstoornissen bij jonge kinderen. De bewoners hebben gemengde gevoelens over de uitspraak: “natuurlijk zijn we blij dat het gifgebruik flink is verminderd. Maar de wetenschap laat zien dat de middelen die nog zijn toegestaan, echt nog wel een serieus risico vormen voor onze kinderen”.
Maatschappelijke onrust rondom gif en lelies
In de maatschappij neemt de onrust rondom het hoge gifgebruik in de leliesector toe. In de bollenteelt wordt gemiddeld veel meer landbouwgif gebruikt dan bij andere gewassen, en lelies spannen daarbij de kroon: gemiddeld
114 kg per hectare aan pesticiden vergeleken met 25 kg bij tulpen, 8 kg op aardappelen en 3 kg op tarwe. Bovendien is gebleken dat de Nederlandse toelatingsprocedure voor pesticiden belangrijke hiaten bevat: er wordt niet gemeten wat het effect van middelen is op de hersenen op de lange termijn en er wordt niet gemeten wat het effect is van het gebruik van cocktails van landbouwgif. Wetenschappers benadrukken dat telers zelf ook gevaar lopen, net als omwonenden en de natuur.
De zaak in Sint-Michielsgestel
Een groep van 47 bewoners in Sint-Michielsgestel maakte zich dan ook grote zorgen toen bleek dat op een perceel tussen hun woningen, waar ook jonge kinderen wonen, lelies geteeld zouden worden. Gesprekken met de teler liepen op niets uit. De teler bagatelliseerde de gevaren van pesticiden in de media en weigerde steevast om een spuitschema te overhandigen. De omwonenden stapten daarom naar de rechter en beriepen zich op het Europese voorzorgsbeginsel, op grond waarvan maatregelen moeten worden getroffen als er stoffen op de markt zijn die mogelijk schadelijk zijn voor de gezondheid, maar als er nog wetenschappelijke onzekerheid bestaat over wat de risico’s precies zijn. Tijdens de zitting verraste de teler door een lijstje te presenteren met zes pesticiden die hij nog in kleine hoeveelheden nodig zou hebben. In totaal zou hij, naar eigen zeggen, nog maar 1,81 kg werkzame stof per hectare hoeven te spuiten. Op de zitting heeft de teler zich ook op het standpunt gesteld dat hij grotendeels biologisch teelt, met gebruik van bijvoorbeeld zeewier als natuurlijk gewasbeschermingsmiddel.
Toxicoloog Martin van den Berg was aanwezig in de rechtszaal en waarschuwde dat een paar van de middelen op het lijstje reële kans geven op neurotoxiciteit en neurotoxicologische ontwikkelingseffecten. En bepleit dat het gebruik daarvan niet moeten worden toegestaan in de bebouwde kom vlakbij woningen waar ook kleine kinderen wonen.
De uitspraak
Omdat de teler naar eigen zeggen nog maar 1,81 kilogram aan bestrijdingsmiddelen hoeft te gebruiken (met uitzondering van paraffineolie, een middel dat is toegestaan in de biologische bollenteelt maar nauwelijks wordt gebruikt. Het staat op de lijst zorgwekkende stoffen van RIVM en is mogelijk kankerverwekkend), en dit heel veel minder is dan gebruikelijk in de lelieteelt, ziet de voorzieningenrechter aanleiding om niet een totaalverbod op bestrijdingsmiddelen uit te spreken. Wel verbiedt de voorzieningenrechter de teler om andere middelen of méér middelen te gebruiken dan de middelen op de lijst. De voorzieningenrechter verwijst daarvoor naar het arrest van het Hof Arnhem-Leeuwarden in de Boterveen zaak uit 2023, en neemt het toetsingskader uit dat arrest als uitgangspunt voor zijn oordeel. De voorzieningenrechter oordeelt, net als het Hof Arnhem-Leeuwarden, dat de Nederlandse rechter het voorzorgsbeginsel direct kan toepassen. Of er daarvoor reden is, moet blijken uit een belangenafweging. Hieruit komt in dit geval een verbod om andere middelen te spuiten dan de 6 middelen op de lijst en om méér te spuiten dan 1,81 kg/ha.
De teler moet ter controle spuitregistraties aan de omwonenden verstrekken zodat de omwonenden dit kunnen controleren. Als de teler toch andere middelen of andere hoeveelheden gebruikt, moet hij een dwangsom van EUR 10.000 per keer betalen.
Dit is inmiddels de derde Nederlandse rechter die een verbod oplegt omtrent lelieteelt binnen een straal van 250 meter rondom woningen. In Drenthe werd het gebruik beperkt tot 4 middelen en in Limburg werd alle gebruik verboden.
AARDige Buren
De bewoners in Sint-Michielsgestel worden ondersteund door
AARDige Buren, een brede coalitie van maatschappelijke organisaties die bewoners ondersteunt die opkomen voor een gezonde leefomgeving en specifiek tegen de lelieteelt.
AARDige Buren roept de politiek op om bewoners en natuur te beschermen door het gebruik van landbouwgif flink te reduceren.
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.